Rechter schrapt bewaarplicht

De voorzieningenrechter in Den Haag heeft de bewaarplicht buiten werking gesteld. Deze wet verplicht het verzamelen en opslaan van gegevens over internet- en telefoongebruik van burgers in Nederland. Internetproviders en telecombedrijven hoeven dus geen metadata van internet- en telefoniegebruik meer te bewaren.

De wet maakt volgens de rechter inbreuk op het Europese mensenrechtenverdrag. De rechtbank erkent dat opheffen van de bewaarplicht nadelige gevolgen kan hebben voor het opsporen en veroordelen van misdadigers. Het rechtvaardigt echter niet de inbreuk op de privacy. Inbreuk op het Europese mensenrechtenverdrag mag alleen als dat ‘strikt noodzakelijk’ is. Bij de schaal waarop het nu gebeurt, is dat volgens de rechtbank niet het geval.

Aangespannen
De zaak was aangespannen door Stichting Privacy First, de Nederlandse Vereniging van Strafrechtadvocaten (NVSA), de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ), het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten (NJCM), telecomaanbieders VOYS en SpeakUp en internetprovider BIT. Boekx Advocaten in Amsterdam heeft de procedure gevoerd.

Europese recht
Sinds 2009 wordt onder de Wet Bewaarplicht Telecommunicatie het telefonieverkeer van iedereen in Nederland twaalf maanden opgeslagen; voor internetverkeer bedraagt deze periode zes maanden. “De Nederlandse wet was in strijd met het Europese recht. Dat is nu rechtgezet”, aldus advocaat Otto Volgenant van Boekx Advocaten.

Aanmelden voor onze nieuwsbrief