Circa 4,5 miljoen volwassen Nederlanders zijn onvoldoende in staat om digitale overheidsinformatie te vinden. Ook het gebruikmaken van online dienstverlening van de overheid is voor hen te lastig. Dat blijkt uit recent onderzoek in opdracht van de Rijksoverheid.
DigiD
Het gaat om 65-plussers, laaggeletterden, mensen met een lichte verstandelijke beperking en anderstaligen. Met DigiD zijn er de meeste problemen. “Bij DigiD komen drie lastige zaken bij elkaar”, legt Wietske Kamsma uit. Hij maakt deel uit van de Alliantie Digitaal Samenleven. Deze organisatie is gefinancierd door overheid en bedrijven, en werkt aan verkleining van de digitale kloof. “Je moet je binnen een beperkte tijd identificeren, je hebt er verschillende apparaten tegelijk voor nodig én er zijn geregeld veiligheidsupdates, waardoor dingen weer veranderen waar je net aan gewend was geraakt.”
Gebruiksvriendelijkheid versus privacy
Kamsma benadrukt dat updates van DigiD worden getest op gebruikers, ook op de minst digitaal vaardigen. Daarbij signaleert hij “soms een spanning tussen de eis van gebruiksvriendelijkheid en de eis van voldoen aan wet- en regelgeving op het gebied van onder meer privacy. En daarbij weegt als het erop aankomt dat laatste belang toch het zwaarst.”
Logius
Overheidsbedrijf Logius, verantwoordelijk voor DigiD, onderschrijft dat “gemak en veiligheid op gespannen voet staan”. Een woordvoerder van het bedrijf benadrukt dat de makers hun best doen om DigiD zo toegankelijk en gebruiksvriendelijk mogelijk te maken. De eerstvolgende update zal een verbeteringen bevatten waaronder “het over kunnen slaan van stappen die mensen als lastig ervaren”.
Klik hier voor de website van de Rijksoverheid over dit onderwerp.